- afrukken
- {{afrukken}}{{/term}}I 〈overgankelijk werkwoord〉1 [met een ruk lostrekken] pull off/away2 [met geweld af-/uitdoen] tear/snatch off/away3 [vulgair] jerk/jack off, wank (off)♦voorbeelden:2 iemand de hoed van het hoofd afrukken • tear/snatch the hat off someone's head3 een man afrukken • jerk a man offzich afrukken • (have a) wank, jerk offII 〈onovergankelijk werkwoord〉1 [zich verwijderen] withdraw2 [met ‘op’] [oprukken] advance on
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.